Vraagbaak

Op deze pagina vind je antwoorden op algemene vragen die vaak over het boeddhisme worden gesteld.

Inhoudsopgave

Algemeen

Waar kan ik het best beginnen met boeddhisme?

Wat is boeddhisme?

Ik wil graag boeddhist zijn. Hoe gaat dat in zijn werk?

Ik vind boeddhisme zo moeilijk.

Brengt een Boeddha beeldje in huis geluk?

Je toevlucht nemen in het Drievoudig Juweel, is dat een 'vluchten in'?

Moet ik monnik of non zijn om een goede leerling te zijn?

Bestaat er een vastentijd in het boeddhisme?

Wat is het belangrijkste feest?

Heb je moeite met bepaalde regels of zijn er regels waar je je niet in kunt vinden?

Hoe wordt de tijd beleefd?

Wat zijn de belangrijkste regels waar je naar moet leven?

Wat is jouw geloofsovertuiging?

Is boeddhisme een religie?

Gelooft een boeddhist in goden?

Gelooft een boeddhist in een goddelijke schepper?

Komt het boeddhisme voort uit het hindoeïsme?

Hoe is de waardering voor de wereld van dieren en andere vormen van leven?

Welk standpunt wordt ingenomen tegenover het (on-)geloof in 'hogere machten'?

Wanneer ben je in het boeddhisme gaan geloven?

Hoe wordt een geboorte gevierd in het boeddhisme, heeft dat nog speciale rituelen?

Is er een ritueel bij een huwelijk?

Is er een ritueel bij een sterfgeval?

Bidt een boeddhist?

Welke betekenis heeft geloof voor een boeddhist?

Zijn er specifieke voedingsvoorschriften?

Welke zijn de belangrijkste waarden binnen het boeddhisme?

Welke visie heeft het boeddhisme op de mens?

Welke invloed heeft het boeddhisme op de vorming van de samenleving?

Hoe staat het boeddhisme tegenover abortus?

Hoe staat het boeddhisme tegenover het gebruik van anticonceptiemiddelen?

Hoe staat het boeddhisme tegenover het gebruik van condooms?

Hoe staat het boeddhisme tegenover een vruchtwater punctie?

Hoe staat het boeddhisme tegenover partnerruil, waar met instemming van partners een seksuele relatie aangegaan wordt met een andere vrouw/man?

Bestaat er binnen het boeddhisme zoiets als een doopritueel?

Hoe zit dat met bezittingen en geld?

Hoe zit dat met de liefde in een relatie?

Ik heb me laten vertellen dat Nibbana een permanent bewustzijn is. Is dat zo?

Crematie

Mag een lichaam direct na de dood gecremeerd worden?

Veroorzaakt crematie pijn bij de overledene?

Meditatie

Wat is meditatie?

Moet ik in de lotushouding kunnen zitten?

Moet ik ernaar streven om lang stil te zitten?

Je hoort vaak spreken over het 'benoemen' van wat men waarneemt tijdens meditatie. Is het juist om dat te doen?

Gezondheidszorg

Hoe staat het boeddhisme tegenover het gebruik van bloedtransfusie en orgaandonatie?

Heeft een boeddhist een reanimatieverklaring nodig?

Hoe denkt men over het inenten tegen ziektes?

Hoe kan ik iemand troosten?

Moet een stervende of gestorvene met het hoofd naar het noorden liggen?

Hoe ga je, m.b.t. het bezoeken, om met iemand die ziek is?

Er zijn een aantal etnische groepen mensen die zorgverleners van buiten af niet toelaten. Hoe zit dat bij boeddhisten?

Hoe gaat men in het boeddhisme om met verstandelijk gehandicapten?

Rondom de dood

Welke plaats neemt het denken over de dood in?

Wat is je voorstelling van het hiernamaals?

Gelooft een boeddhist in reïncarnatie?

Gelooft een boeddhist in een leven na de dood?

Ze zeggen dat je na de dood naar een licht gaat. Wat is dat?

Hoe staat het boeddhisme tegenover de doodstraf?

 

Algemeen

Waar kan ik het best beginnen met boeddhisme?

Je kunt het best beginnen op de pagina Introductie.

Wat is boeddhisme?

Kort gezegd heeft de Boeddha ons twee dingen geleerd: dat er lijden is en dat er een einde aan dat lijden gemaakt kan worden. Er is geen enkel verschijnsel of ding in het hele universum dat twee momenten hetzelfde is. Dingen zijn vergankelijk en omdat ze vergankelijk zijn, is de ware aard van dingen 'lijden'. Wie zich vastklampt aan vergankelijke dingen, vraagt om problemen, om lijden. Dit is eigenlijk heel eenvoudig.

Eerst beschouw je dingen als blijvend, bevredigend en met een zelf (een vaste kern die niet verandert). Dit is vanwege onwetendheid omtrent de ware aard van fenomenen (dingen). Maar door het trainingssysteem van de Boeddha te volgen (het Edel Achtvoudige Pad) krijg je een dieper inzicht in de ware aard van dingen. Je begint dingen dan anders te zien, namelijk dat dingen vergankelijk zijn, dat ze onbevredigend zijn en dat er geen zelf is (dat dingen geen vaste, onveranderlijke kern in zich hebben). Het is een ontwaken uit een diepe, mentale slaap waardoor we onszelf verlossen van het lijden. In het boeddhisme gaat het dus om inzicht (begrip of wijsheid) in de ware aard van dingen. Niemand kan ons dit inzicht schenken. Inzicht kunnen we alleen bij onszelf ontwikkelen door te oefenen.

Zie ook

Ik wil graag boeddhist zijn. Hoe gaat dat in zijn werk?

Om boeddhist te zijn hoef je niet bij een of andere stichting, club, vereniging, tempel etc. aangesloten te zijn. Boeddhisme start in je hart; je bent van niemand afhankelijk. Een boeddhist neemt zijn toevlucht in de Boeddha, de Dhamma en de Sangha. Zie ti saranagamana . Alleen het nemen van de Drievoudige Toevlucht is echter niet voldoende; je bent pas echt boeddhist als je het Edel Achtvoudige Pad beoefend. Iedereen beoefent het Pad op zijn eigen niveau.

Zie ook

Ik vind boeddhisme zo moeilijk.

Belangrijk is om een goed aanknopingspunt te hebben. Als je geen goed aanknopingspunt hebt, is het inderdaad een hele puzzel. Op de pagina Introductie wordt je stapsgewijs op het juiste spoor gezet.

Brengt een Boeddha beeldje in huis geluk?

Een Boeddha beeldje brengt geen geluk. Het is grote onzin. Mensen verzinnen alles: ze zoeken hun geluk in bomen, in stenen, in bergen, in goden, in amuletten, noem maar op, maar ze denken niet na over wilshandelingen. Een echte boeddhist zoekt zijn geluk in het beoefenen van het Edel Achtvoudige Pad. Toch zijn er velen die denken boeddhist te zijn maar de essentie van de Leer missen. In de Candala Sutta - De verschoppeling (A05-175) wordt door de Boeddha verduidelijkt welke mensen de ware volgelingen zijn.

Je toevlucht nemen in het Drievoudig Juweel, is dat een 'vluchten in'?

Nee, dat is een misvatting. Het betekent dat je je heil, je geluk zoekt in de het Drievoudig Juweel. Het Pali woord 'gacchami' betekent letterlijk 'gaan naar'. Je 'gaat' naar de Boeddha omdat hij de Verheven Leraar is. Je 'gaat' naar de Dhamma omdat dat de unieke weg is. Je 'gaat' naar de Sangha omdat dat het levende voorbeeld is van mensen die de weg bewandelen. Zie ti saranagamana.

Moet ik monnik of non zijn om een goede leerling te zijn?

Het doel van deze Leer is om een einde te maken aan het lijden, niet om monnik of non te zijn. Iedereen kan het hoogste doel bereiken. Voorwaarde om het doel te bereiken: het uitrukken van elke vorm van begeerte.

Bestaat er een vastentijd in het boeddhisme?

Ja, maar dat is er niet een van 'hongeren', maar meer een tijd van training. Zie uposatha.

Wat is het belangrijkste feest?

Het belangrijkste feest is Vesak.

Heb je moeite met bepaalde regels of zijn er regels waar je je niet in kunt vinden?

Nee. Na alles kritisch onderzocht te hebben 'zoals een goudsmid in een ruwe klomp goud schuurt, hakt, binnenste buiten keert en door en door onderzoekt op zuiverheid', zo heb ik dat ook gedaan met de Leer van de Boeddha. Er is niets destructiefs, er is niets in deze Leer dat een nadelig effect teweegbrengt, noch voor jezelf noch voor anderen; deze Leer werp uitsluitend voordelige vruchten af die direct zichtbaar zijn.

Hoe wordt de tijd beleefd?

Wij hebben dingen namen gegeven om met elkaar te kunnen communiceren. Tijd is slechts een conventionele aanduiding, net zoals het woord 'dag'. Dit woord gebruiken we om een periode aan te duiden, namelijk wanneer de aarde 1 keer om haar as is gedraaid. Zo simpel is dat.

Weet dat alles binnen het bewustzijn bestaat. Daarom beleven we dingen allemaal op onze eigen manier. Ook bij tijd is dat zo. Een uur kan voor ons persoonlijk, lang of kort duren. Dit is misschien een goed voorbeeld: als je wilt dat je middagpauze lang duurt, moet je lastig gaan zitten. Daarentegen vliegt de tijd voorbij wanneer we dingen doen die we leuk vinden.

Wat zijn de belangrijkste regels waar je naar moet leven?

In het boeddhisme moet je niets. Je neemt die regels vrijwillig aan. Zie sikkhapada in het woordenboek.

Wat is jouw geloofsovertuiging?

Mijn geloofsovertuiging is het Theravada boeddhisme. Dit is het oorspronkelijke boeddhisme, zonder poespas.

Is boeddhisme een religie?

Of je boeddhisme een religie noemt, hangt af van wat je onder een religie verstaat. Vaak dienen mensen een 'religie' met een goddelijke macht aan het hoofd die straft en beloond. In die zin is boeddhisme geen religie. Een religie zou eigenlijk haar aanhangers tot het hoogste doel van het leven moeten leiden - het doen ophouden van lijden - zodat de religie de mensheid dient. Een religie moet als een vlot zijn waar je gebruik van kunt maken als je de woeste rivier van het leven wilt oversteken om zodoende een veilige plaats te bereiken.

De Boeddha werd niet geboren om te straffen en te belonen, maar om de duisternis van onwetendheid te verdrijven en de wereld te laten zien hoe men zich kan verlossen van lijden en ziekte, ouderdom en dood, en alle zorgen en ellende van levende wezens. Vijfenveertig jaar lang heeft de Boeddha zich onvermoeibaar ingezet om het leed in de wereld te verzachten. Steeds was hij doordrongen van een diep mededogen voor alle wezens. De Boeddha was er voor de mensen, niet voor een religie. Zijn wens was dat alle wezens de perfecte verlichting zullen bereiken.

Als wij religie als een soort vlot beschouwen waarvoor de 'vlottenbouwer' het heeft gemaakt, dan kunnen we stellen dat boeddhisme een religie is. En als wij onze best doen om het hoogste doel te bereiken, dan hebben wij de wens van de Boeddha vervuld en de functie van 'religie' goed begrepen.

Zie ook

Gelooft een boeddhist in goden?

Een boeddhist gelooft dat er hemelwezens bestaan in verschillende sferen, op verschillende niveau's. Deze hemelwezens (deva's) worden ook wel 'goden' genoemd of 'goddelijke wezens' hetgeen voor een leek verwarrend kan zijn. Zie deva.

Zie ook

Gelooft een boeddhist in een goddelijke schepper?

In de boeddhistische denkwijze is er geen plaats voor een goddelijke schepper. Leerstellingen die er een goddelijke schepper op na houden en die beweren dat gebeurtenissen de wil zijn van die almachtige god, heeft de Boeddha geplaatst in de categorie dwaalleren. Zie titthayatana.

Bovendien, als het inzicht in de ware aard van dingen begint te dagen, is er het begrip aanwezig dat alles in het universum 'stroomt' en er geen enkel ding twee momenten hetzelfde is. Ook niet de substanties van een god. Ook is er geen enkel verschijnsel dat los staat van iets anders; alle dingen die opgekomen zijn, zijn afkomstig van iets anders. Daarom is er ook niet een eerste begin, een eerste oorzaak.

Bovenstaande is een van de redenen waarom de Boeddha steeds heeft aangespoord tot een diepgaand onderzoek naar de ware aard van dingen.

Zie ook

Komt het boeddhisme voort uit het hindoeïsme?

Nee. De Boeddha is dan wel in een hindoeïstische cultuur geboren, maar dat betekent nog niet, dat zijn Leer daaruit is voortgekomen. Zijn geboorte binnen de Khattiya kaste (regeerders of krijgers) is één ding, zijn Leer is iets heel anders. En dat komt, doordat hij veel anders dacht; hij had een heel andere kijk op de wereld, op dingen, op wezens. We zullen een paar van de belangrijkste kernpunten hier belichten.

Het allerbelangrijkste verschil is, dat alleen een Boeddha de drie kenmerken van het bestaan onderwijst, namelijk: dat alles eindigt in lijden (dukkha), dat alles onbevredigend is (anicca) en dat alles leeg oftewel zonder zelf of zielloos is anatta. Het laatste hierin is het belangrijkste aspect, niet alleen om een verschil tussen hindoeïsme en boeddhisme aan te tonen, want bijna alle religies onderwijzen dat er een ziel is. Dit is de allerbelangrijkste dwaling volgens het boeddhisme en het grootste struikelblok om verlichting te bereiken. Het hindoeïsme daarentegen, onderwijst dat er een atman, een ziel is (in pali: Atta) die van het ene leven op het andere overgaat. Maar de Boeddha onderwijst dat er niets is dat twee momenten onveranderd blijft. Hij onderwijst dat bewustzijn een stroom is, een proces van fenomenen die steeds opkomen en weer vergaan. Er is niet iets onveranderlijks te vinden; dat is niet de wet van oorzaak en gevolg, dat is niet de dhamma in de context van 'zoals dingen zijn'. De Boeddha wordt ook wel Anatta Vadi genoemd (Leraar van de Leer van geen-zelf).

Verwijzingen naar dit aspect zijn o.a. het antwoord op de vraag: Gelooft een boeddhist in reïncarnatie?; Anatta Lakkhana Sutta - De karakters van niet-zelf (S22-059); viññana; viññana kicca; Tabel 1. Het geloof in een zelf is de sterkste band die wezens aan het rad van geboorte en dood bindt omdat dit tot een verkeerd inzicht leidt, zie saññojana. De hele boeddhistische Leer benadrukt heel sterk dat het essentieel is om inzicht te krijgen in de werking van het bewustzijn (viññana). In zijn laatste uren zei hij tegen de asceet Subhadda: "In iedere Dhamma en Discipline waar het Achtvoudige Pad niet wordt aangetroffen, wordt geen ware asceet van de eerste, de tweede, de derde of van de vierde graad van heiligheid aangetroffen (zie ariya puggala/ariya)". Maha Parinibbana Sutta - Het grote heengaan (D16: 5.27">D16: 5.27).

Toen de Boeddha, nog niet verlicht was, ging hij in de leer bij Alara Kalama en Uddaka Ramaputta, maar die konden hem niet het pad naar Nibbana wijzen omdat zij niet dat ultieme inzicht hadden in de ware aard van dingen (dhamma). Hij overtrof elke andere leerling in volharding, zijn extreme zelfkastijdingen brachten hem niet naar zijn doel, hoe hard hij ook streefde. Zijn luxe leventje als prins had hem ook al geen voldoening gebracht. Deze levenswijzen in extremen, konden hem niet van het lijden verlossen. In zijn eerste toespraak verkondigd de Boeddha dan ook, dat hij de middenweg heeft ontdekt die extremen vermijdt, een middenweg, zoals hij dat zegt, die visie voortbrengt, kennis voortbrengt, die tot vrede leidt, tot inzicht, tot verlichting, tot Nibbana.

Verwijzingen naar dit aspect: Dhamma Cakka Ppavattana Sutta - Het in beweging zetten van het Wiel der Wet (S56-011). De Boeddha heeft altijd gehamerd op de eigen verantwoordelijkheid en dat kwade daden niet door water weggewassen konden worden. Zie Punnika en de Brahmaan (Thig12-XX1) voor een voorbeeld hiervan. Hij heeft mensen gemotiveerd om zelfvertrouwen te kweken i.p.v. je toevlucht te zoeken in bomen, beelden, goden etc. Zie o.a. Dhp188-192; saddha.

Ook het onderricht in kamma (karma) is anders. Verwijzingen naar dit aspect: Kukkuravatika Sutta - De hondendienst asceet (M057); Cula Kammavibhanga Sutta - De korte uiteenzetting over kamma (M135); Maha Kammavibhanga Sutta - De grote uiteenzetting over kamma (M136); Saleyyaka Sutta - De brahmanen van Sala (M041); kamma; kamma vipaka.

Verder was de Boeddha een felle tegenstander van het kastensysteem (zie Div064; Ovr006), en heeft hij de vrouwelijke waardigheid verhoogd. In Dhp085-086 lees je over beide aspecten. Ook het offeren van dieren heeft hij vaak weten te voorkomen. Hij had een groot mededogen met alles dat leeft. Zie o.a. Div069.

De laatst genoemde aspecten getuigen van een heel anders denkend mens, maar het eerst genoemde aspect, dat van geen-zelf (anatta) verwijst naar een samma sambuddha, een Onvergelijkbare Leraar (Aham Sattha Anuttaro). Daarom is het boeddhisme niet te vergelijken met welke religie in de wereld dan ook.

Zie ook

Hoe is de waardering voor de wereld van dieren en andere vormen van leven?

Wij moeten zuinig zijn op de wereld waarin we leven, we moeten leren dat er grote verantwoordelijkheid op onze schouders rust. Door het opgeven van egoïsme zullen mensen hun bijdrage leveren aan een gezonder milieu. Verder heeft elk wezen het leven lief, hoe klein het ook is. Het is belangrijk dat je van dieren houdt, dat je ze ziet als je vrienden, als wezens die kunnen voelen en denken. Alle wezens behoren met respect behandeld te worden. Alle wezens hebben de wens én het recht om gelukkig te zijn.

Welk standpunt wordt ingenomen tegenover het (on-)geloof in 'hogere machten'?

Een boeddhist gelooft dat er wezens in andere sferen leven (hogere en lagere). Zie deva in het woordenboek. Deze wezens kunnen wel macht uitoefenen en zaken op aarde beïnvloeden, maar zij zijn niet per definitie wijs. Voor een god die de wereld heeft geschapen, is geen plaats binnen het boeddhisme. Wanneer je de ware aard van fenomenen begrijpt, dan weet je ook dat er niet zoiets kan zijn als een op zichzelf bestaande, onveranderlijke god. Er is geen enkel fenomeen in de wereld dat twee momenten hetzelfde is. Alles is in een voortdurende verandering. Hoewel de metafysica dit bevestigt, kun je dit proces ook zelf overal om je heen zien. De Boeddha nodigde zijn leerlingen steeds uit tot een diepgaand onderzoek naar de ware aard van dingen. In het Pali is er een woord saddha (zie woordenboek) hetgeen zowel geloof als zelfvertrouwen betekent. Geloof is voor een boeddhist gebaseerd op begrip.

Wanneer ben je in het boeddhisme gaan geloven?

Geloof is voor een boeddhist gebaseerd op begrip. Zie saddha in het woordenboek. Binnen het boeddhisme draait alles om inzicht, om de aard van dingen in hun ware perspectief te zien. Om de dingen te zien zoals ze zijn, is het in principe niet nodig om boeddhist te zijn. De ware aard van dingen wordt immers niet door het boeddhisme bepaald; dingen zijn zoals ze zijn.

Ik was zeer jong (ongeveer 10 jaar) toen ik in de natuur zag hoe dieren elkaar op aten en ik kan het me levend voorstellen hoe vreselijk dat moet zijn... Kort daarna zag ik nagenoeg dezelfde 'boodschappers' (zie deva duta in het woordenboek) die de Boeddha in zijn leven als prins ook zag: fenomenen als ziekte, ouderdom (verval) en dood. Ik beschouwde deze onvolmaakte wereld waarin alle fenomenen in essentie beladen zijn met lijden, dan ook niet bepaald als een geschenk van een of andere god, maar als een diepe ellende, een zeer groot probleem. Ik ging steeds beter begrijpen dat dit niet een ideale staat was. Ondanks dat ik nog nooit over het boeddhisme had gehoord, was mijn hart al verbonden met het pad... Doordat ik zelf vechtkunst onderwijs (Wado karate) ben ik dieper in de materie gedoken omdat boeddhisme hiermee verband houdt. Na bestudering van goede boeken die ik uit Sri Lanka had meegenomen, werden alle zaken die ik vroeger had gezien en overdacht, bevestigd. Nu kon ik de Leer echt gaan bestuderen. Het is dan alsof je thuiskomt.

Hoe wordt een geboorte gevierd in het boeddhisme, heeft dat nog speciale rituelen?

Het oorspronkelijke boeddhisme is niet ritualistisch. Echter, de Boeddha heeft zich nooit bemoeid met de culturen van verschillende volkeren. Het kan dus zijn dat per bevolkingsgroep een bepaald ritueel wordt uitgevoerd. Verder, wanneer een wezen geboren wordt, krijgt het te maken met onvolmaaktheden zoals ouderdom, ziekte en dood (zie deva duta in het woordenboek). Geen enkel wezen is daarvan gevrijwaard. Het leven zelf is vol gevaren, valkuilen, zorgen, etc. De meeste mensen in de wereld vinden dat zij het moeten vieren wanneer een wezen in een dergelijke situatie is gekomen. Een boeddhist doet dat niet omdat hij dergelijke toestanden ziet als een ramp... Wanneer een boeddhist hoort van een geboorte, dan is zijn eerste gedachte daarom dan ook zoiets: 'Dat het kindje (of een wezen van een andere soort) gelukkig mag zijn, dat het wijs mag worden zodat het een einde kan maken aan de cyclus van geboorte en dood.'

De meeste mensen schrijven de creatie van wezens en de wereld toe aan een of andere goddelijke macht, maar de Boeddha leert ons dat we ons kunnen bevrijden van onvolmaakte toestanden en wijst ons de weg naar verlichting. Het is een kwestie van De dingen zien zoals ze zijn (Div022).

Is er een ritueel bij een huwelijk?

Niet specifiek. De Boeddha onderwijst dat er lijden is en hoe je daar van af komt. Zoals elk land zijn eigen gebruiken kent, zo hebben boeddhistische landen hun eigen gebruiken voor bepaalde gebeurtenissen. In de cultuur van een volk heeft de Boeddha zich nooit gemengd.

Is er een ritueel bij een sterfgeval?

Als boven, echter, het is een boeddhistische gewoonte om op een begrafenis de mensen aan de vergankelijke aard van dingen te herinneren. Begrip is vertroostend. Zelf heb ik eens een programma samengesteld en teksten voorgelezen tijdens de crematie van een goede boeddhistische vriendin. De mensen kwamen na afloop met reacties zoals: "Ik heb nog nooit zo'n mooie uitvaart meegemaakt", of "Normaalgesproken huil ik drie zakdoeken vol, maar nu was het een verademing." Er was zelfs iemand die naar de partner van mijn overleden vriendin ging en zei: "Het klinkt misschien heel raar, maar ik heb zelfs genoten van deze uitvaart..."

De realiteit is voor de meeste mensen te hard om onder ogen te zien. Toch, op zulke momenten, wanneer men met de neus op de feiten wordt gedrukt, dan is dat een belangrijk moment waarin je dieper bij mensen kunt 'binnendringen'. Wanneer er dan wijs en kundig gesproken wordt, kan de openbaring van diezelfde keiharde realiteit, een zegening voor de aanwezigen zijn. Dat is ook waarom we in het boeddhisme vaak aan de dood denken. Door begrip word je bevrijdt van de angst voor de dood.

Wil je zelf teksten samenstellen voor een boeddhistische uitvaart, kijk dan op Een boeddhistische uitvaart (Div018).

Bidt een boeddhist?

Nee. Een boeddhist wordt geleerd dat als hij gelukkig wil zijn, hij een pad moet bewandelen dat naar geluk leidt. Een boeddhist vraagt geen hulp van buitenaf om gered te worden of om genade. In plaats hiervan leert hij juist om op de eigen benen te staan. Wat genade betreft is het belangrijk om je eigen misslagen in te zien en jezelf die te vergeven. Je bent hierin niet afhankelijk van een externe macht. Een boeddhist betuigt wel hulde aan de Boeddha, bijvoorbeeld voor een Boeddha beeld, maar als het goed gebeurt, is dat puur als dankbetuiging. De Ittha Sutta - Vijf begeerlijke dingen (A05-043) is een mooi voorbeeld waarom een echte boeddhist niet bidt.

Welke betekenis heeft geloof voor een boeddhist?

Voor een boeddhist is geloof gebaseerd op begrip. Als iemand bijvoorbeeld zegt dat alles vergankelijk is, kun je die persoon pas echt geloven als je zelf ontdekt hebt dat inderdaad alles vergankelijk is. Het is dus ons eigen begrip dat bepaalt of ons geloof in de Boeddha goed gegrondvest is. Hoe meer begrip, hoe meer vertrouwen wij in deze Leraar stellen en hoe meer we onszelf voor deze Leraar kunnen openstellen. Uiteindelijk zullen wij, door het beoefenen van het Achtvoudige Pad, de dingen helder kunnen zien zoals zij werkelijk zijn. Hierdoor ontstaat er een groot zelfvertrouwen. Dingen helder kunnen zien, helder kunnen horen etc., is een voorwaarde om dingen goed te kunnen begrijpen. Pas dan kan er sprake zijn van zelfvertrouwen. Het Pali woord saddha betekent zowel geloof als zelfvertrouwen. Zie saddha.

Zijn er specifieke voedingsvoorschriften?

De Boeddha heeft geen bepaalde voeding voorgeschreven. Wat belangrijk is om te weten, is dat de Boeddha begeerte aanwijst als de hoofdoorzaak van het lijden (en dus ook van diverse problemen, mentaal en fysiek). Wellicht zul je begrijpen dat wanneer iemand erg zintuiglijk is (begeerte), dat die persoon zich snel zal laten verleiden door allerlei lekkernijen. Ik bedoel hier vooral het ongezonde eten dat vooral tegenwoordig vaak wordt aangeboden. Wanneer je daar vaak aan toegeeft, is de kans groot dat je steeds minder van het gezonde eten gaat genieten.

Oplettendheid is een belangrijk gegeven in de boeddhistische Leer. Vooral ook de oplettendheid m.b.t. wat jezelf doet. Oplettendheid (ook wel indachtigheid genoemd) (sati) is het kardinale startpunt voor alle goede dingen. Oplettendheid is de voorwaarde voor een, in elk opzicht, kwalitatief leven. Je gaat meer van jezelf houden waardoor je vanzelf op een natuurlijke en ongedwongen manier doet wat goed voor je is. Het is dan heel vanzelfsprekend dat je dan kiest voor gezond en gevarieerd eten, niet roken, geen alcohol, meer bewegen, je gaat vaker de natuur in, etc.

Ik kan mezelf niet meer herinneren dat ik ziek was, maar het is zeker meer dan 25 jaar geleden. Ik ben er vast van overtuigd dat ik dat te danken heb aan het feit dat ik het boeddhistische pad praktiseer. Zoals gezegd is, naast een goede voeding, de oplettendheid een zeer belangrijke basis voor een gezond leven.

Zie ook

Welke zijn de belangrijkste waarden binnen het boeddhisme?

Alles draait om inzicht in de ware aard van dingen. Dit leidt vervolgens tot een algemeen begrip, vooral m.b.t. wat moreel en wat immoreel is. In eerste instantie is inzicht oftewel begrip/wijsheid de belangrijkste basis voor een deugdzaam leven. Een deugdzaam leven is vervolgens weer de basis voor een goede concentratie, en een goede concentratie weer voor een zeer diep inzicht in de ware aard van dingen, namelijk dat dingen (fenomenen) allemaal vergankelijk zijn. Wanneer je dit beseft, kun je dingen gaan loslaten hetgeen de voorwaarde is voor je eigen bevrijding. Zie ariya atthangika magga in het woordenboek.

Zie ook

Welke visie heeft het boeddhisme op de mens?

De Boeddha heeft geleerd dat alle dingen in het universum de eigenschap hebben van opkomen en van vergaan. Zodra iets is opgekomen, vergaat dat weer. Zo is dat ook bij de mens. Om een goed beeld te krijgen wat die mens nu in principe is, heeft de Boeddha om te beginnen, de mens in vijf categorieën (aggregaten) beschreven: 1. lichamelijkheid oftewel vorm/materie; 2. gevoelens; 3. waarnemingen; 4. mentale factoren; 5. bewustzijn. Nummer 1 is de fysieke kant van de mens; 2 tot en met 5 behoort tot het mentale gebied. Geen van deze 5 dingen blijft twee momenten hetzelfde; ze veranderen voortdurend en daarom zijn wij onderhevig aan ziekte, ouderdom en dood. Kortom: wij zijn onderhevig aan lijden.

In het alledaagse taalgebruik zeggen we: "Dit is mijn hand, dit is mijn hoofd, dit is mijn kind, dit is mijn huis", etc., maar in de absolute werkelijkheid is er helemaal geen 'ik' omdat de vijf aggregaten voortdurend veranderen. Omdat alle fenomenen binnen het mentale gebied steeds veranderen, kunnen wij dan ook niet stellen dat we beschikken over een 'ziel' of een 'zelf'. Dat is wat het boeddhisme zo uniek maakt ten opzichte van andere religies. De Boeddha wordt daarom ook wel 'De Leraar van geen zelf' genoemd.

Wanneer je de ware aard van dingen ziet (daar gaat het binnen het boeddhisme om), dan zie je dingen niet als dingen die afzonderlijk van elkaar bestaan, maar een proces van opkomen en vergaan van fenomenen. Dat wat wij 'mens' noemen, is ook een proces; een proces van vijf aggregaten. Wat nu zo belangrijk is, is te beseffen dat die aggregaten door het aggregaat bewustzijn bij elkaar gehouden wordt. Het bewustzijn is steeds verbonden met elk van de overige aggregaten. Verandert het bewustzijn, dan verandert ook die mens.

Wanneer iemand zich vastklampt aan zijn bewustzijn, dan blijft de persoon of het wezen, de vijf aggregaten in stand houden. Maar zoals gezegd zijn die aggregaten aan ziekte, ouderdom en dood (dus aan lijden) onderhevig. Bewustzijn kan ervoor zorgen dat mentale factoren zoals haat kunnen worden omgezet in liefdevolle vriendelijkheid, gierigheid in vrijgevigheid, kwelzucht in mededogen, etc. etc. Dit zijn een paar morele aspecten die door de verandering van bewustzijn gerealiseerd kunnen en dienen te worden. Maar het allerbelangrijkste aspect waar bewustzijn voor kan zorgen is inzicht oftewel wijsheid. Bewustzijn is persoonlijk. Ik noem het daarom ook wel 'een egotrip'. Wanneer iemand die egotrip vasthoudt, zijn bewustzijn niet wil loslaten zodat er vernieuwing kan zijn, dan zullen er geen positieve veranderingen plaatsvinden. We blijven dan bij het oude, maar waar het oude is, daar kan het nieuwe niet zijn. Het nieuwe is ook het onbekende, en daar zijn veel mensen bang voor. Problemen en lijden zijn dan het gevolg. Maar wanneer het bewustzijn wordt losgelaten, dan kan het bewustzijn functioneren waar het uiteindelijk voor is, namelijk om helder gewaar te zijn. In helder gewaarzijn kun je de dingen zien zoals ze werkelijk zijn omdat er dan niets van 'ik' tussenbeide komt, je persoonlijke belevingswereld. Wanneer je helder gewaar bent, wanneer je de ware aard van dingen volledig begrijpt, dan zie je verschijnselen slechts als een reeks van opeenvolgende gebeurtenissen. Alle dingen zijn afkomstig van weer andere dingen. Het ene kan niet bestaan zonder het andere. Als wij naar een object kijken, dan zien we dat als een op zichzelf bestaand ding. Dat komt doordat verschijnselen elkaar in een zeer snel tempo opvolgen. Het is net als bij een tekenfilmpje: als je een aantal tekeningen snel achter elkaar afspeelt, lijkt er een poppetje te zijn dat beweegt.

Ook onze mentale kant (de aggregaten 2 tot en met 5) is een proces waarin fenomenen elkaar in een razendsnel tempo opvolgen. Onze ervaringswereld wordt door het bewustzijn bepaald. Hoe we de dingen in en om ons heen ervaren, hangt af van de kwaliteit van ons bewustzijn. Wanneer we niet mentaal ontwikkelen, zorgt het bewustzijn ervoor dat een wezen 'continueert' in de cyclus van leven en dood, de cyclus van lijden. De Boeddha heeft ons onderwezen hoe wij een einde aan dat lijden kunnen maken. Dat is het hoogste doel. Hij heeft er niet alleen steeds opgewezen dat wij dat hoogste doel zonder externe hulp voor onszelf moeten verwerkelijken, maar ook dat elk mens het vermogen in zich heeft om dat hoogste doel te bereiken. Hieruit blijkt dat de Boeddha de mens boven elke denkbare goddelijke macht heeft geplaatst. Ook dat maakt het boeddhisme uniek ten opzichte van andere religies.

Dit zijn een paar van de belangrijkste aspecten omtrent de boeddhistische visie op de mens.

Zie ook

Welke invloed heeft het boeddhisme op de vorming van de samenleving?

Deze vraag is afhankelijk van wat de mensen ervan maken. Veel boeddhisten doen het niet goed. Maar als het goed gebeurt, is het voor mensen, en dus voor de maatschappij, zeer voordelig. Een belangrijk aspect is de eigen morele verantwoordelijkheid in wat je doet, denkt en zegt, vooral omtrent het begrip van oorzaak en gevolg binnen de morele sfeer.

Hoe staat het boeddhisme tegenover abortus?

In de Leer van de Boeddha worden alle levende wezens met respect en waardigheid behandeld om de doodeenvoudige reden dat elk levend wezen naar geluk verlangt. Het verhaal dat er pas sprake is van een levend wezen na een aantal weken, is gebaseerd op een gebrek aan inzicht in het proces van bewustzijn en van de bevruchting (conceptie). Wanneer een man en een vrouw 'samen geweest zijn' is er voor de daadwerkelijke bevruchting nóg iets nodig, namelijk bewustzijn. Bewustzijn is een stroom van een reeks opeenvolgende soorten van bewustzijn. Kort gezegd: het type bewustzijn dat nodig is voor de conceptie, is van een type dat het bewustzijn van het vorige leven van een wezen aan het huidige kan 'koppelen'. Zodra de conceptie plaatsvindt, is er sprake van een levend wezen. Abortus is dus het doodmaken van een volwaardig wezen...

Als het zo is, dat jij deze daad hebt begaan op het moment dat je werkelijk niet wist hoe het werkelijk zit, verwijt jezelf dan niets, maar doe het niet wederom. Bega je zo'n daad nu je weet dat het moord is, dan zullen de gevolgen harder voor je aankomen.

Hoe staat het boeddhisme tegenover het gebruik van anticonceptiemiddelen?

Het antwoord op deze vraag moet onder voorbehoud worden gegeven.

Een anticonceptiemiddel voorkomt dat er een conceptie kan plaatsvinden, oftewel dat de bevruchting kan plaatsvinden. Het zorgt, voor zover mij bekend, dat de zaadcel van de man en de eicel van de vrouw ongeschikt zijn voor de bevruchting. Als deze stelling waar is, wordt daarmee geen moord begaan. Maar als er spraken is van een bevruchting en die bevruchting wordt ongedaan gemaakt, dan wordt daarmee een wezen gedood. Nadat goed navraag is gedaan, zal dit antwoord concreet worden bijgesteld.

Hoe staat het boeddhisme tegenover het gebruik van condooms?

Ik ben (nog) niet in de teksten tegengekomen dat de Boeddha het over condooms heeft gehad, maar zijn universele boodschap mag duidelijk zijn: geboorte strekt tot ziekte, ouderdom en dood en dat is ongewenst. Met de ziekte AIDS is er een reden temeer om condooms te gebruiken. Hij was als een dokter die het advies gaf om het lijden van de mensen te verzachten, door 'vanuit wijze overwegingen ergens gebruik van te maken', zoals in Sabbasava Sutta - Alle bezoedelingen (M002).

Hoe staat het boeddhisme tegenover een vruchtwater punctie?

Met een vruchtwater punctie kunnen erfelijke afwijkingen mee worden geconstateerd. Dit is niet geheel zonder risico. Als a.d.h.v. de punctie besloten wordt te aborteren, dan wordt vanuit boeddhistisch oogpunt de vruchtwater punctie verkeerd aangewend.

Hoe staat het boeddhisme tegenover partnerruil, waar met instemming van partners een seksuele relatie aangegaan wordt met een andere vrouw/man?

Hier staat het boeddhisme afwijzend tegenover, ook al gebeurt partnerruil met wederzijds goedvinden. Zie bijvoorbeeld Snp1-07, 123.

Bestaat er binnen het boeddhisme zoiets als een doopritueel?

Met zekerheid kan ik jullie mededelen dat er binnen het oorspronkelijke boeddhisme niet zoiets als een doopritueel bestaat. Waarom niet? Omdat bevrijding een zaak van de persoon in kwestie zelf is. De persoon kiest er zelf voor om het boeddhistische pad op te gaan. Het spreekt voor zich dat dit voor een baby die nog niet in staat is zo'n keuze te maken, nog niet van toepassing kan zijn.

Later neemt een persoon zelf zijn toevlucht in de Boeddha, de Dhamma en de Sangha oftewel de Drievoudige Toevlucht. Belangrijk is het om te beseffen dat het er uiteindelijk niet om gaat wat de ouders willen, maar wat de persoon zelf wil. Er is overigens niets mis met de wens voor het kindje dat hij/zij het pad van de Boeddha op zal gaan en daardoor het Nibbana zal verwerkelijken. Weet dat het een zaak van de persoon zelf is om de klus te klaren. Zie o.a. ti saranagamana.

Hoe zit dat met bezittingen en geld?

De Boeddha heeft nooit geleerd dat bezittingen of geld slecht zijn of dat deze dingen lijden veroorzaken. Het is het hechten aan deze dingen dat het lijden veroorzaakt. Het lijden wordt dus niet veroorzaakt door dingen of bezittingen, maar door de gehechtheid in de geest. Er zijn monniken die met een pincet geld aannemen omdat zij volgens de regels geen geld aan mogen nemen. Hier wordt de essentie van de regels gemist.

Vaak denken mensen dat een boeddhist geen bezittingen mag hebben of dat hij zelfs in armoede moet leven. In de Vyagghapajja Sutta - Toespraak tot Vyagghapajja (A08-054) lees je hoe de Boeddha hoogst persoonlijk het vermeerderen van rijkdom voor de lekenvolgeling juist aanmoedigt.

Hoe zit dat met de liefde in een relatie?

Soms denken mensen dat voor een echte boeddhist een geliefde en een relatie hebben taboe is, maar dat is echt niet zo. Vaak zegt men dat liefde en haat dicht bij elkaar liggen, maar dat komt omdat men het verschil tussen liefde en haat niet kent. Als liefde verkeerd ontwikkeld wordt ontstaat er inderdaad haat maar dit is te wijten aan het feit dat men niet goed weet wat ware liefde is. In De zoon van de houthakker (Dhp296-301) heb ik een speciaal artikel over liefdevolle vriendelijkheid opgenomen waarin aangetoond wordt hoe liefde wel en hoe liefde niet gecultiveerd dient te worden.

Hoe zit dat met seks? Mag dat niet meer als ik een goede lekenvolgeling wil zijn?

Er is niemand die zegt wat je wel en wat je niet mag. De Boeddha onderwijst de middenweg, een weg die uitersten vermijdt. De verlichting bereiken is echt niet afhankelijk van het feit of je er wel of geen seksuele relatie op na houdt. De manier waarop je seks in de praktijk brengt is veel belangrijker. Je kunt op verschillende manieren seks hebben: beestachtig; zonder enige mate van zelfbeheersing; je kunt hevig opgewonden zijn waardoor je helemaal uit je dak gaat; intense begeerte naar seks kan je tot zeer slechte daden aanzetten. Maar als je heel aandachtig bent, zullen je handelingen steeds zuiverder worden en steeds minder egocentrisch gericht zijn. Het wordt dan een meer geven dan nemen. Dat kan heel mooi en goed zijn. Aandachtigheid is het kardinale startpunt voor alle goede dingen. Aan seks is niets mis mee, maar extremen dienen vermeden te worden.

Zie ook

Ik heb me laten vertellen dat Nibbana een permanent bewustzijn is. Is dat zo?

Nee. Degene die zegt dat Nibbana een 'permanent bewustzijn' is, heeft de essentie van de Leer volledig gemist. Bewustzijn is een geconditioneerde staat, maar Nibbana is juist een ongeconditioneerde staat. Materie, gevoelens, waarnemingen en mentale factoren kunnen niet afzonderlijk van bewustzijn bestaan. Deze fenomenen zijn continu verbonden met bewustzijn. Bewustzijn is een 'ego-trip', het is de weg van zelf, van ik, mij, mijn etc. Het is bewustzijn dat juist verantwoordelijk is voor de continuering van een wezen. En zolang een wezen blijft doorgaan in de cirkel van geboorte en dood, zolang zal dat wezen aan lijden onderhevig zijn. Nibbana is dus geen bewustzijn maar is juist vrij van elke soort van bewustzijn. Bovendien is bewustzijn net zo vergankelijk en veranderlijk als elk ander verschijnsel. Bewustzijn is dus niet permanent maar een stroom die continu doorgaat totdat de perfecte verlichting of uitblussing is bereikt.

Wie de Leer van de Boeddha goed begrijpt, begrijpt dat bewustzijn iets persoonlijks is en dat het ware wijsheid in de weg staat, dus ook de verlichting. Het gaat er om, om van dit persoonlijk bewustzijn, dit zelfbewustzijn, verlost te raken. Wie zegt dat bewustzijn permanent is en dat Nibbana bewustzijn is, heeft er niets van begrepen. Dit geldt ook voor schrijvers die beweren dat bewustzijn realiteit is. Het is grappig als je begint te begrijpen dat dergelijke beweringen alleen in een persoonlijk bewustzijn bestaan...

Crematie

Nieuw  Mag een lichaam direct na de dood gecremeerd worden?

Deze vraag is voortgekomen uit het fabel dat men na de dood een aantal dagen moet wachten voordat tot crematie wordt overgegaan 'om het bewustzijn volledig uit het lichaam te laten treden'.

Dit is alweer een typisch voorbeeld van hoe mensen op een dwaalspoor gezet worden door mensen die beweren kennis te hebben over dergelijke zaken, maar er in werkelijkheid niets van begrepen hebben; men weet niet wat bewustzijn is en hoe het werkt. Dit is niet de geschikte locatie om dat hier uitgebreid uit te leggen, maar als je het ware boeddhisme bestudeert en ook beoefend, dan zul je zien dat bewustzijn iets is dat steeds veranderd. Bewustzijn is een proces van veel verschillende typen (soorten) bewustzijn. Eén van die typen bewustzijn is het dood bewustzijn oftewel het sterven bewustzijn (cuti); het is een functioneel type bewustzijn (zie De 14 functies van bewustzijn en Tabel I). Wanneer dit bewustzijn (het dood bewustzijn) in de opeenvolgende reeks van bewustzijn soorten gepasseerd is, dan is de dood een feit. Dat wil zeggen, dat in het huidige lichaam geen enkele soort van bewustzijn meer aanwezig is. Het lichaam is dan, zoals de Boeddha het wel eens heeft gezegd: 'als een stuk nutteloos rot hout' (Dhp041).

Wie weet wat bewustzijn is en hoe het werkt, vraagt zich dus niet meer af of er na de dood nog enige mate van bewustzijn (in het lichaam) aanwezig is. Het is wel zo, dat je je lichaam na de dood nog wel kunt waarnemen. Het is daarom belangrijk om niet aan dat lichaam gehecht te zijn. Vandaar de aanmoedigende woorden van de Boeddha in Dhp041.

Nieuw  Veroorzaakt crematie pijn bij de overledene?

Deze vraag is net zoals de vraag 'Mag een lichaam direct na de dood gecremeerd worden?' een vraag met gebrek aan de juiste kennis omtrent bewustzijn; wat het is en hoe het werkt.

Bewustzijn is een van de vijf aggregaten (pañca upadana kkhandha) en het is de groep van bewustzijn dat de andere groepen bij elkaar houdt omdat bewustzijn altijd verbonden is met elk van de andere 4 overige aggregaten. Je kunt bijvoorbeeld niet waarnemen zonder bewustzijn, niet voelen zonder bewustzijn, mentale formaties zijn er niet zonder bewustzijn, en als het bewustzijn het lichaam heeft verlaten (na de dood) vergaat het lichaam. Dat is wanneer de dood een feit is.

Wie weet wat bewustzijn is en hoe het werkt, en hoe het in relatie staat met de overige 4 aggregaten, weet dat het cremeren van het lichaam geen pijn veroorzaakt.

Meditatie

Wat is meditatie?

Boeddhistische meditatie is niet jezelf wijs maken dat je in een geurige bloementuin zit of dat je op een mooi wit strand ligt aan een helder blauwe zee met frisse golven. Een paar jaar nadenken hoe het geluid van één klappende hand klinkt en er vervolgens achter komen dat dat onzin is, is het beslist ook niet.

Het Pali woord 'bhavana' betekent 'ontwikkeling' en duidt op de mentale ontwikkeling. Dit behelst een zeer breed vlak. In boeddhistische meditatie is het de bedoeling om helder gewaar te zijn van wat je doet, zegt en denkt. Je traint jezelf om je aandacht langer bij een object of handeling te kunnen houden zodat je de dingen die er zijn en gebeuren beter gaat begrijpen. Je aandacht dringt dieper tot de kern van zaken door. Mediteren is ook het goed nadenken over bepaalde aspecten van de Dhamma, de Leer van de Boeddha. De bedoeling van meditatie is om tot de realiteit te ontwaken en daarom moet een meditator zich vooral met zinnige en realistische zaken bezighouden. In het boeddhisme zijn er twee soorten van meditatie: kalmte meditatie en inzicht meditatie. Het lezen van toespraken is ook mediteren.

Het document Eenvoudig en goed mediteren is een echte aanrader om met meditatie te beginnen.

Zie ook

Moet ik in de lotushouding kunnen zitten?

Nee. Dat is niet het doel van deze Leer. Bij verlichting gaat het niet om een bepaalde houding, maar om indachtigheid zodat je de dingen kunt zien zoals ze werkelijk zijn.

Moet ik ernaar streven om lang stil te zitten?

Nee. Sommige mensen verplichten zichzelf om een bepaalde tijd stil te zitten. Het gaat er niet om hoe lang je het vol kunt houden om stil te zitten maar om de kwaliteit van je oplettendheid.

Je hoort vaak spreken over het 'benoemen' van wat men waarneemt tijdens meditatie. Is het juist om dat te doen?

Nee! Het 'benoemen' of 'labelen' is typisch een westerse manier van mediteren. Veel monniken en nonnen hebben dit overgenomen, zelfs in boeddhistische landen. In de Maha Satipatthana Sutta - De grote toespraak over de vier fundamenten van indachtigheid (D22) komt heel duidelijk naar voren wat de Boeddha hierover zegt. Ik heb een speciale eindnoot toegevoegd ter verduidelijking van waarom er in ware meditatie niet 'gelabeld' moet worden. Zie de eindnoot benoemen in D22 voor meer informatie.

Gezondheidszorg

Hoe staat het boeddhisme tegenover het gebruik van bloedtransfusie en orgaandonatie?

De Boeddha leerde het lijden en het ophouden van het lijden. Hij heeft geleerd dat wij goed voor onszelf en anderen moeten zorgen door 'vanuit wijze overwegingen ergens gebruik van te maken', zoals in M002.

Voor wat betreft de orgaandonatie, hier een paar voorbeelden:

Hij was als een dokter die het advies gaf om het lijden van de mensen te verzachten,

Heeft een boeddhist een reanimatieverklaring nodig?

Nee. Wanneer een boeddhist iemand van de dood kan redden, dan wordt hij geacht dat te doen. Wanneer een boeddhist zelf van de dood gered kan worden, dan zou hij daar gebruik van kunnen maken. Zie Hoe staat het boeddhisme tegenover het gebruik van bloedtransfusie en orgaandonatie?

Hoe denkt men over het inenten tegen ziektes?

Zie Hoe staat het boeddhisme tegenover het gebruik van bloedtransfusie en orgaandonatie?

Hoe kan ik iemand troosten?

In eerste instantie is het belangrijk om zelf stabiel van karakter te zijn. Je dient mededogen te hebben, maar veel mensen begrijpen niet goed wat dat is en verwarren dat met medelijden. Wanneer je niet stevig op je benen staat, dan zul je overal en met iedereen medelijden hebben. Die ellende zul je overal met je meesjouwen en uitstralen. Dit heeft alles te maken met onwetendheid. Als je bijvoorbeeld werkzaam bent in een ziekenhuis of bejaardentehuis, dan krijg je vaak te maken met ouderdom, ziekte en dood, kortom: je wordt dan geconfronteerd met de ware kenmerken van het bestaan, met de realiteit. Om daar goed mee om te kunnen gaan, is het belangrijk dat je realistisch bent en dat je de ware aard van dingen kent. Alleen zo kun je het voor jezelf draaglijk maken en kun je ook anderen met jouw woorden van wijsheid troosten. Een heel mooi voorbeeld is de non Patacara, zie hiervoor Dhp113. Verder heb ik een document geschreven dat duidelijk het verschil aangeeft tussen mededogen en medelijden: Wat is het verschil tussen medelijden en mededogen? (Div014).

Moet een stervende of gestorvene met het hoofd naar het noorden liggen?

De Boeddha lag zelf met zijn hoofd naar het noorden toe hij stierf. Het zou kunnen zijn dat sommige boeddhisten dezelfde wens hebben.

Hoe ga je, m.b.t. het bezoeken, om met iemand die ziek is?

Goed voor de zieken zorgen, bezoek brengen, mededogend zijn. Veel aandacht en verzorging, maar geen gejammer en geweeklaag. Zie bijvoorbeeld Dhp041 hoe de Boeddha voor Thera Tissa zorgde en zelf het voorbeeld gaf.

Opmerking

Er zijn een aantal etnische groepen mensen die zorgverleners van buiten af niet toelaten. Hoe zit dat bij boeddhisten?

De Boeddha heeft nooit een apathie gehad tegen anders denkenden zolang er geen immorele toestanden zijn. Het is absoluut niet boeddhistisch als zorgverleners van buitenaf niet toegelaten zouden worden. Of families het wel of niet toelaten dat zorgverleners de crematie/dienst verzorgen (een boeddhist wordt gecremeerd) is natuurlijk aan de familie. Voor de Boeddha maakte dat allemaal niets uit, zolang het maar netjes en eerbiedig gebeurt.

Nieuw  Hoe gaat men in het boeddhisme om met verstandelijk gehandicapten?

Wie met echte boeddhisten te maken krijgt, wordt diep geraakt vanwege hun liefdevolle vriendelijkheid (metta) en mededogen (karuna) voor alle levende wezens, zonder uitzondering. Alle wezens verlangen naar geluk, ook dieren (de Boeddha was de eerste religieuze leider die ziekenhuizen voor dieren liet oprichten). Het maakt in het geheel niet uit welke ziekte of gebrek iemand getroffen heeft. Het vriendelijke en meedogende hart van een ware boeddhist is zeer bereidwillig om daar te helpen waar het nodig is.

Het trainen van de geest is voor een boeddhist het allerbelangrijkst. Verstandelijk gehandicapten dienen daarin extra begeleiding te krijgen. Door het Edele Achtvoudige Pad (ariya atthangika magga) te praktiseren, is het weldegelijk mogelijk om verstandelijk gehandicapten in dit leven of in een volgend leven, geheel te genezen.

Rondom de dood

Zie ook

Welke plaats neemt het denken over de dood in?

Een boeddhist wordt geleerd alle aspecten van het leven in ogenschouw te nemen, dus ook de dood. Er wordt speciaal gemediteerd op de dood (het is een onderwerp van meditatie). Voor veel mensen is de dood iets overweldigends, maar voor mij is de dood iets dat heel normaal is. Ik ben altijd voorbereid op de dood en het zal mij niet overmannen. Iedereen die geboren wordt gaat dood, maar veel mensen gedragen zich als een idioot wanneer de dood aan de deur klopt (alsof ze niet weten dat de dood bestaat). Vanwege zintuiglijke begeerte maken de meeste mensen jacht op begeerlijke dingen, maar door die begeerte kan de realiteit van het leven niet worden gezien. Wanneer je echt weet wat doodgaan is, dan ben je daar niet bang meer van.

Wat is je voorstelling van het hiernamaals?

Van iets wat je begrijpt hoef je geen voorstelling te hebben. Er is een leven na de dood, maar ook de fenomenen in die sferen zijn net zoals de fenomenen in de sfeer waarin wij leven: vergankelijk. En daarom is een hemel niet het doel van een boeddhist.

Gelooft een boeddhist in reïncarnatie?

Het is afhankelijk wat je onder reïncarnatie verstaat. In de meeste religies/leerstellingen wordt onderwezen dat er een ziel of een zelf is, en dat deze ziel of zelf een onveranderlijk ding of wezen is dat van het ene leven op het andere leven overgaat. De Boeddha heeft zoiets nooit onderwezen. Een Boeddha heeft een heel diepe kijk op de ware aard van dingen en daarom onderwijst hij dat alle dingen steeds veranderen. Ook onze mentale kant (waarnemingen, gevoelens, mentale factoren en bewustzijn) verandert voortdurend. Het bewustzijn houdt deze aspecten bij elkaar (want zonder bewustzijn kun je niet waarnemen, etc.) Omdat dingen steeds veranderen, is er steeds een proces gaande, het komen en gaan van fenomenen, net zoals bij alle andere dingen. Bewustzijn is een stroom. Wanneer iemand sterft, houdt de stroom van bewustzijn niet zomaar op, tenzij iemand volledig verlicht is. Afhankelijk van het soort bewustzijn, wordt een wezen met een bepaald karakter wedergeboren op een bepaalde locatie, in een bepaalde sfeer. Het is niet een ziel of een zelf dat overgaat, maar het is een stroom van bewustzijn waarvan de kwaliteiten het wezen bepalen...

Gelooft een boeddhist in een leven na de dood?

Te denken dat na de dood alles is afgelopen, eerbiedigt de wet van oorzaak en gevolg niet. Wat wij ervaren na de dood (wanneer we nog niet totaal verlicht zijn) zijn de gevolgen van onze wilshandelingen (kamma). Het is niet zo dat een moordenaar niet in een hemelse sfeer kan worden wedergeboren, of iemand die zijn hele leven geen enkele slechte daad heeft verricht niet in een lagere wereld (hel) wedergeboren kan worden (er kan ook slecht kamma uit een ander leven tot rijping komen). In M136 laat de Boeddha daar geen misverstand over bestaan. Waar iemand wordt wedergeboren, is afhankelijk van welk kamma op het moment van sterven tot rijping komt.

Maar de Boeddha leert dat dingen vergankelijk en onbevredigend zijn. Alle dingen die de aard van opkomen in zich hebben, hebben ook de aard van vergaan in zich en strekken daarom uiteindelijk tot lijden. Ook gelukzalige toestanden in een hoge hemelse sfeer hebben die kenmerken. Daarom hecht een wijs mens zich niet aan dergelijke toestanden. Een echte leerling kapt elke begeerte naar de hoogste sfeer af. Zijn doel is Nibbana, het ongeconditioneerde.

Ze zeggen dat je na de dood naar een licht gaat. Wat is dat?

Aan dit onderwerp wil ik graag een keer een artikel over schrijven, maar voor nu zal ik daar een kort antwoord op geven.

Wanneer je op sterven ligt (indien niet totaal verlicht) ervaar je essentiële zaken van je leven, zowel goede als slechte zaken. Wat je in je leven niet hebt gezien, zul je dan wel zien. Dat zien zorgt voor een aangenaam of onaangenaam gevoel, afhankelijk van 'wat er wordt getoond'. Het is niet zo dat het vanzelfsprekend is dat je, na de dood, naar een licht gaat. Ik zal er nu niet over uitweiden hoe dat komt, maar over wat dat licht is.

Het is belangrijk om te weten dat alles wat wij ervaren binnen ons eigen bewustzijn afspeelt. Zonder bewustzijn kunnen wij niets ervaren, dat is eigenlijk heel simpel. In principe is dus alles een creatie van onze eigen geest. Dat wil niet zeggen, dat hetgeen wij ervaren na de dood, dat dat geen werkelijkheidswaarde heeft. Bewustzijn heeft namelijk de functie om ons 'te leiden', we moeten leren. Zonder bewustzijn is dat niet mogelijk. Wat nu van doorslaggevende aard is, is dat wij de begeerte naar ons ik moeten opgeven. Door je ego vast te houden, blijf je je eigen bekrompen wereld in stand houden; een wereld vol twijfels, onduidelijkheden, chaos, ellende etc. Maar wanneer we onze ik opgeven, wanneer we die begeerte naar dat hardnekkige ego uitrukken, dan zullen we steeds helderder worden. We worden dan stralende wezens. Welnu, het licht dat wij ervaren, dat zijn wij zelf. Het is een glimp van onze ware natuur. Waarom slechts een glimp? Dat is omdat er dan nog een toestand van waarnemen is. Dat betekent dat er dan nog bewustzijn in het 'spel' is. Dat maakt dingen 'persoonlijk'. Maar als ons werk tot volledig voltooid is, als wij volledige verlichting hebben gerealiseerd, als we tot volle wasdom zijn gekomen, wanneer die 'ikkerigheid' gestorven is, dan hebben wij onze ware natuur volledig gerealiseerd. Dat is wat we Nibbana noemen, een staat die niet met woorden te beschrijven is.

Vaak zeggen mensen dat zij god hebben ervaren wanneer zij een bijna dood ervaring hebben gehad of op een andere manier die ervaring hadden. Maar dat is louter omdat zij niet weten hoe de mens mentaal in elkaar steekt.

Ook is het niet zo dat je 'terug naar je oorsprong gaat'. Dingen die van een oorsprong afkomstig zijn, moeten vergaan; het zijn 'geconditioneerde dingen'. Wanneer je daar weer naar teruggaat, dan zou dat betekenen dat je weer aan verandering onderhevig bent, dus betekent dat niet het einde van lijden. Er is erg veel onwetendheid in de wereld en er zijn veel mensen die beweren het te weten. Het enige wat zij doen, is dat zij met hun 'halve waarheden' anderen op een verkeerd spoor zetten. We gaan niet terug naar waar we vandaan kwamen, ook gaan we niet naar een of andere god (die is ook geconditioneerd). Nibbana is ons doel, dat is het ongeconditioneerde. Het is niet een staat die ergens afkomstig van is of die ergens heengaat of weer verdwijnt. Het is een staat die je ook hier en nu kunt ervaren.

Hoe staat het boeddhisme tegenover de doodstraf?

De Boeddha leert dat het doden van wezens immoreel is, zie bijvoorbeeld pañca sila. Oorzaak en gevolg houden geen rekening met het feit of de doodstraf een cultureel gebruik is of door bewindslieden 'gelegaliseerd' is.

Het is onwetendheid waardoor de doodstraf wordt uitgevoerd. De veroordeelde is, net zoals degene die hem ter dood brengt, gevangen in een cyclus van geboorte en dood (samsara). Zolang de veroordeelde niet geleerd heeft dat kwade daden, kwade gevolgen voortbrengen, zal hij het slechte pad blijven volgen, ook na zijn wedergeboorte. Het is veel beter om mededogen (karuna) met de veroordeelde te hebben en hem de Dhamma te onderwijzen. Pas dan kan hij afbuigen van het kwade, en kiezen voor daden die geluk voortbrengen. Een slechte daad zoals doden, maakt van slechte mensen geen goede mensen; het leidt alleen maar naar de dood. De wereld heeft opvoeding nodig, niet de boodschap van de dood...

RegID: Hlp012
Bijgewerkt op: 5 oktober 2006
Auteur: Peter van Loosbroek - Ananda
Locatie: www.sleuteltotinzicht.nl
Copyright: Zie voor gebruik van deze tekst www.sleuteltotinzicht.nl/glb_copyright.htm
Overige informatie: Geen